Kanovaren heeft voor mij veel te maken met landschap. Tijdens een kanotocht vanaf de Vinkeveense plas, over de Winkel, de Waver en de Angstel kwam dat op een bijzondere manier naar voren. In dit stukje Randstad wisselen oud cultuurlandschap en de druk van recreatie, wegen en verstedelijking elkaar constant af. Het is zondag 22 oktober, het waait stevig en we op pad zijn met 6 man/vrouw. We willen de ca. 24 km lange Angstel-route volgen.
Op de routekaart staan nog twee overdraagplaatsen tot aan de Waver, maar dat blijkt mee te vallen. Het zijn metalen klapbruggen, zoals we die al meer zijn gepasseerd. Deze twee zijn erg laag maar bijna iedereen schuift er met diep bukken goed onderdoor.
Bij de laatste, Stokelaarsbrug, zien we een café, waar net een hele sliert motoren wegrijdt. Die motorclub (of iedere keer een andere?) zullen we onderweg nog een paar keer tegenkomen. Hier varen we bij de splitsing rechtsaf (noordwaarts) de Waver in.
.jpg)
Na ruim 4 km varen we rechtsaf (oostwaarts) de Holendrecht in. Die is breder en ook saaier. Links van ons kijken we uit op de A9 en de oprijzende contouren van Amsterdam Zuidoost. Voor mijn gevoel zijn we vanuit een oud in een heel nieuw cultuurlandschap gevaren. Niet erg mooi, wel een interessant contrast.
Voor ons ligt de A2, waar we onderdoor gaan. Onderhand zijn we toe aan een eet- en rustpauze, maar onder de snelweg is niet de meest uitnodigende plek. Net aan de andere kant van de snelweg ligt een rijtje woonboten. Ze zien er nogal verwaarloosd en verveloos uit. Het zijn ook niet de mooiste ligplaatsen, zo vlak naast het snelwegviaduct. Misschien worden hier mensen gedoogd die nergens anders terecht kunnen? Zo creëert iedere samenleving zijn eigen achterkantjes, filosofeer ik. Onze plan was om een pauze te houden aan het Abcoudermeer of in Abcoude zelf. Omdat we langs het meer nergens een goed plek zien om aan land te komen, varen we het dorp in. Wordt het aanleggen bij een friettent? We gokken niet op alle mooie plekken die er - wie weet – om de volgende bocht nog kunnen komen. Net voor het centrum leggen we aan bij een parkstrook met twee wat wrakkige privé-steigers.
Het gras blijkt er niet alleen voor ons vrolijke kanovaarders te liggen. Het ruikt er ook wat verdacht naar hondenpoep. We laten ons niet kisten en na bijna twee uur varen komen de thermosflessen en boterhammen tevoorschijn. Ergens aan de overkant komt weer een hele sliert ronkende motoren voorbij.
We stappen weer in en met een S-bocht varen we door Abcoude. We passeren een groene metalen klapbrug, een kerk en café en varen langs kleine huizen die soms iets weg hebben van hofjes, maar dan langs het water.
Waren Winkel en Waver vooral ‘boeren watertjes’, de Angstel laat wat meer standing zien. Op veel plaatsen langs het water staan landhuizen, meestal niet zo groot, die getuigen van oude glorie en rijkdom.
In Loenersloot stappen we uit op de rechteroever, een beschutte plek op het einde van een landgoed met een oud kasteel. Even twijfelen we, zou dat wel mogen? We schatten in dat er niet meteen een kasteelheer met hond en jachtgeweer op ons af zal komen. Of toch wel? Een forse kerel komt van tussen de bomen op ons afgelopen. Het blijkt een van de onzen te zijn, terug van een plas. Zonder zwemvest hadden we hem even niet herkend (grijns, grijns). Het begint te regenen, maar onder de hoge bomen zitten we voorlopig nog droog.
We stappen in voor de laatste etappe. Na een klapbrug met een witte portierswoning werp ik een laatste en blik op ‘ons’ kasteel. Het staat zwaar in de steigers.
Voorbij Loenersloot gaan we rechtsaf de Geuzensloot in. Regen spettert op het water. Voor ons doemt de A-2 weer op met even daarvoor een dubbele pijpleiding die hoog over het water loopt, maar op de andere oever midden in de lucht stopt.
Vlak voor de Demmerikse sluis zien we het gemaal De Ruiter, een vrij modern en strak gebouw met hoge ramen. Zeker geen industrieel monument, maar wie weet zal het dat ooit nog eens worden.
De Demmerikse sluis is de laatste overdracht en biedt een mooi panorama op Vinkeveen. Vanaf de hoge sluis kijk je uit over water en langgerekte eilanden die tot in de verte uitlopen naar de kerktoren van Vinkeveen.
Rechtsaf gaan we onder een brug door de Zuidplas op, die nu grijs en vlak voor ons ligt. Geen probleem nu om de plas dwars over te steken. We weten ongeveer waar de brug naar de Noordplas moet liggen, maar we zien hem pas als we al driekwart over zijn.
Het valt me op dat je het verkeerslawaai van de snelweg je op deze stille plas niet loslaat. Het laatste stukje gaat weer achter de eilanden langs. Toch leuk om even te kijken hoe dat er hier uitziet. Nou ja, niet heel veel anders dan aan het begin van onze tocht. Een nieuw cultuur-landschap: inventief, truttig, multifunctioneel, groen, postmodern….? U mag het zeggen.